Op het etiket van je garen staat telkens aangegeven hoeveel steken er in hoeveel centimeter zouden moeten zitten. vb 10X10 cm = 21 steken X 28 rijen. Om te testen of deze afmetingen ook afstemmen met jouw manier van breien of haken, dan ga je het beste een proeflapje maken.
Een proeflapje maken
Wanneer het van belang is dat je handwerk de juiste afmetingen krijgt, moet je best eerst een proeflapje maken. Maak het lapje iets groter dan staat aangegeven. In bovenstaande voorbeeld kan je dan best 25 steken en 30 rijen breien of haken.
Dit doe je in de steek en met de naald die je wenst te gebruiken voor je creatie.
Je haak- en/of breistijl kan verschillend zijn. Ook de dikte van het garen en de naald is bepalend.
Je kan een proeflapje maken met breien maar evengoed met haken. Je kan als het waren ondertussen ook de steek oefenen, kijken of de draad spanning goed zit. Zonder al iets te maken. Want hoe jammer zou het zijn mocht ja aan je werk al bezig zijn om daarna alles te moeten aftrekken. Omdat er ergens iets niet goed zit.
Een proeflapje maken: extra tips
- Bekijk het etiket. Daar kan je al veel informatie over de stekenverhoudingen terugvinden.
- Mocht je niet veel tijd hebben om een proeflapje te maken, kan je ook een half proeflapje maken. Dat kan je ook al de nodige informatie geven die je nodig hebt.
- Zet voldoende steken op. Bij het breien kunnen de randen namelijk omkrullen. Daarom zet je het best een paar extra steken op.
- Net omdat de randen kunnen omplooien, meet je ook het beste af vanaf het midden.
- Hou rekening met het soort steek.
- Je kan het proeflapje op de naalden laten. Dan kan je het voor een volgende proeflapje eventueel hergebruiken.
Proeflapje klaar?
Is je proeflapje klaar? Leg deze dan op een platte ondergrond. Meet 10 X10 cm af. Duid deze aan met spelden. Tel nadien het aantal rijen en steken tussen spelden. Nu weet je of je strakker breit/haakt dan aangegeven. Zo kan je je steken aanpassen aan je model.